Tabblad Algemeen

Actief:        

Door middel van actief kan een regel actief of inactief worden geplaatst. Dit is te zien doordat de gehele regel rood of groen van kleur wordt. 

Rood wil zeggen dat de regel inactief staat en groen actief. Wanneer een melding ontvangen wordt die inactief (rood) staat zal deze automatisch worden gelogd. 

Deze regel doet dus niet meer actief mee.


Blokkeer zone:        

Als er een afwijkende zone op een klantkaart ingevoerd dient te worden kan door middel van ‘Blokkeer zone’ de regel geblokkeerd worden tegen verwijderen of 

aanpassen via de blauwdruk. Als ‘Blokkeer zone’ is aangevinkt zal de regelkleur Oranje worden.


Automatisch afhandelen:        

Als een melding in SCS op het meldingenscherm verschijnt, en het herstel komt binnen zonder tussenkomst van de centralist zal de melding automatisch worden afgehandeld. 

Is de melding 1x door de centralist opgepakt wordt deze functie automatisch uitgeschakeld. Om deze functie actief te zetten dient er een instelling aangezet te worden in SECONTS-FEP


AlleZoneannuleer:        

Als deze staat aangevinkt zal bij deze specifieke melding alle onherstelde zone’s hersteld worden.


Locatie verificatie:        

Als deze staat aangevinkt zal bij deze specifieke zone het algemene telefoonnummer bovenaan in de bellijst verschijnen


Gelinkte klant:        

Een melding kan worden gekoppeld aan een andere klant dan waarop de melding is ontvangen. Dit is een methode om aparte partities naar aparte klant nummers te transporteren. 

De toepassing kan gebruikt worden in het geval van een enkele inbraakcentrale met meerdere partities voor verschillende klanten. Iedere klant moet apart worden verwerkt. 

Middels deze optie kunnen de meldingen getransporteerd worden vanaf het hoofdnummer naar de onderliggende sub nummers. De nummers kunnen totaal verschillend zijn van elkaar.


Double Knock:        

Als deze zone als alarm binnen komt wordt deze pas op het scherm getoond als er binnen een tijds bestek, vooraf ingesteld, deze melding nogmaals binnen komt.


Criteria:        

Hier wordt het type aangegeven dat bekend is in GMS, dit is uitsluitend voor de brandweer.


Verbindings Type:        

Bij connect type kan worden opgegeven of de melding mee doet voor de bewaking van de connectie status.

               Mogelijke waarden zijn :

          • Geen.
          • Primair uitval.
          • Primair herstel.
          • Backup uitval.
          • Backup herstel.

               Bij het in behandeling nemen van een melding kan de centralist in een  oogopslag zien wat de status van de klant is. De status wordt bepaald op basis van de testbewaking en op basis van ontvangen meldingen van de ontvangers. Een ontvanger bewaakt of dat een lijn nog een verbinding heeft. Bij een uitval of herstel resulteert dit in een melding.

               De mogelijke connect statussen die een centralist gepresenteerd krijgt zijn:

          • Onbekend.
          • Volledig verbonden.
          • Primaire uitval.
          • Backup uitval.
          • Volledige uitval.


Protocol:        

Bij protocol wordt opgeslagen welk protocol type de melding is. Mogelijke  protocollen zijn :

          • Standaard.
          • Sia.
          • Contact ID.
          • Caller ID.
          • Video.


Waarschuwingsbericht:

Hier kan voor een specifieke zone een vooraf gedefinieerde waarschuwing geselecteerd worden die als deze zone binnenkomt in SECONTS als popup verschijnt tijdens het 

openen van de melding


Taak uitvoeren:        

Bij taak uitvoeren type kan een index worden opgegeven die  correspondeert met een actie patroon zoals deze voor deze klant is gedefinieerd. 

Zie acties voor een beschrijving van de actie patronen. 


Automatische taak:         

Bij automatische taak type kan een index worden opgegeven die correspondeert met een automatisch actie patroon zoals deze voor deze klant is gedefinieerd. 

Zie auto acties voor een beschrijving van de automatische taak patronen.


Tabblad Status


Aangemaakt:        

Wanneer aangemaakt aangevinkt staat, is de melding automatisch op basis van een blauwdruk aangemaakt. Op het moment dat deze zone door een centralist wordt aangepast, 

zal automatisch het vinkje verdwijnen. Dit is alleen een status die wordt aangegeven. Deze is niet aan te passen door de centralist.


Eerste melding:        

Tijd datum van eerste ontvangst van de melding.


Laatste melding:        

Tijd datum van laatste ontvangst van de melding.


Floorplan Icon:        

Icon in floorplan dat actief moet worden bij deze zone.


Videoprofiel:        

Videoprofiel dat geladen dient te worden bij deze zone. 


Linkprofiel:

Linkprofiel dat geladen dient te worden bij deze zone